Met de mind@work methodologie brengen we een relatief eenvoudige, algemeen toepasbare methode voor het katalyseren van veranderingen via het faciliteren van groepen. De methodologie is uitgevonden voor het (bege)leiden van complexe, systemische (“sticky”) vraagstukken, die mensen in organisaties met elkaar, door middel van zelfsturende groepen (Agile, lean, zelf management, adaptief lerende systemen) wensen te veranderen. De methode berust op de werking van de menselijke geest. Ze vormt het werkboek bij “Faciliteren als Tweede Beroep” en vervolmaakt “Creating Paths of Change” van Will McWhinney.
Hallo. Mijn naam is Jan Lelie en ik begeleid veranderingsprocessen door het faciliteren van groepen. Vergaderingen. Workshops. Meetings. Conferenties. Eigenlijk al zolang als ik werk. Na een studie Experimentele Natuurkunde (Biofysica) en Bedrijfskunde (Bedrijfskundige Informatica) heb ik gewerkt in de automatisering, logistiek, management, innovatie, advies, consultancy. Grote en kleine bedrijven, overheden, maar ook in buurten. Kleine groepen en grote groepen. En steeds als “katalysator”: het versnellen van reacties zonder daarbij zelf verbruikt te worden.
In 2012 verscheen mijn eerste boek “Faciliteren als Tweede Beroep – Omgaan met Veranderingen“. Daarin leg ik uit, hoe alle methoden en technieken een gemeenschappelijke grondslag hebben. De mind@work methode vormt de basis van het bijbehorende werkboek. Om dit te kunnen schrijven, heb ik een paar onmogelijke gedachten moeten bedenken. Wanneer je me niet kunt begrijpen: ik begrijp het zelf ook nauwelijks. Bovendien, “begrijpen kan alleen door doen”. We beginnen met het meest onbegrijpelijke: de menselijke geest.
Op deze pagina’s geef ik een overzicht van de methode en de achterliggende denkwijze. In essentie komt het neer op het “letterlijk maken van het figuurlijke en het figuurlijk maken van het letterlijke”. Dat proces heet ook wel “converseren”. En daar staat ook letterlijk: omkeren – conversie. Het woord “toestand” heeft te maken met “staan” en “toestaan”. Metafoor – het kernbegrip – betekent letterlijk “over-dracht”, “overdragen” (op elkaar).
mind@work Wat bedoel ik met mind@work? Lees meer op wat te verstaan onder mind of geest?
Hoe werkt je geest?
Lees verder op Geen idee hoe je geest werkt
Een voor een.
Je geest bestaat in dit model uit drie samenwerkende delen, die niet los van elkaar kunnen bestaan (zie de illustratie verder op). Een zintuiglijk deel, waarnemend, een handelend deel, uitvoerend en een mentaal deel, oordelend. Dat laatste zou je de eigenlijk geest of mind kunnen noemen, maar nogmaals, de drie kunnen niet los van elkaar bestaan. Zowel je zintuigen als je lichaam met je geest, bepalen je gedrag. Alle voor één, één voor alle.
Ik kan niet anders dan concluderen, dat de eigenschappen van dit model onafhankelijk zijn van de details in de dynamiek. Dit maakt enerzijds, dat iedereen een eigen, unieke geest heeft. En niet alleen in de details verschilt, zoals een auto van een lopende band. Elke afzonderlijke geest heeft unieke en eenmalige eigenschappen (!). Het hebben van een geest of mind verschilt van het hebben van een auto in een cruciaal detail: ik kan je mijn auto uitlenen, en niet mijn geest.
Ze bestaat uit het met elkaar configureren of maken van een afbeelding of opstelling van de elementen van de situatie, met behulp van voorwerpen of figuren. Vandaar dat ik het ook configureren noem. Via een aantal concrete stappen vinden de deelnemers uit, “wat er speelt“. Daarna vinden ze, “wat ze hoe kunnen doen” om acties in hun situatie uit te voeren. Tenslotte maken de deelnemers afspraken over het afstemmen van de activiteiten, vooral over “wat te doen, wanneer het toch niet werkt“.
Het faciliteren van complexe veranderingen, berust op het fenomeen, dat de details van de dynamiek er voor het resultaat niet toe doen. Dit laatste klinkt paradoxaal, omdat het om de resultaten te doen is. De paradox is te begrijpen, wanneer je inziet dat zelflerende of zichzelf organiserende systeem vanzelf tot stand kan komen. Met andere woorden, een vooraf vastgesteld resultaat, kan alleen toevallig deel uit maken van een zich zelf organisch systeem. Dit geldt overigens voor de langere termijn; korte termijn resultaten – zelfs van meerjarige complexe projecten -, kunnen met klassieke methodes worden opgelost.
Ter illustratie, hierbij een schema van Rijkswaterstaat over de gevolgen van het ingrijpen in een natuurlijk systeem met als bedoeld resultaat overstromingen te voorkomen. Veiligheid kan leiden tot een fragiel systeem met incidenteel ernstige gevolgen. Het programma “Ruimte voor Rivieren” geeft een meer adequate werkwijze.