4C-model | |||||
Het 4C-model combineert vier typische menselijke processen met vier stuurparameters en vier zogenaamde observabelen. De kern bestaat uit vier elkaar positief versterkende of verzwakkende (vandaar de +) processen communiceren, vertrouwen, samenwerken en betrokkenheid (de 4C's). Deze processen worden vanwege onduidelijke redenen niet rechtstreeks gebruikt, maar indirect "bestuurd", door zogenaamde systeem variabelen. Zo wordt vertrouwen "bestuurd" door middel van doorlooptijd. Minder vertrouwen leidt tot een grotere (vandaar het - (min)-teken) geplande doorlooptijd. Minder betrokkenheid leidt tot meer afspraken; minder communiceren leidt tot het inbouwen van meer veiligheden (capaciteiten) en minder goed samenwerken leidt tot onduidelijkere taakverdeling. Maar het werkt ook omgekeerd: beter communiceren doet de noodzaak voor exra capaciteiten afnemen. Etcetera. |
Vertrouwen |
Uitleg vertrouwen |
Legenda |
Compleet 4C-model |
"De Wetten" |
Het sturen op de vier systeemvariabelen leidt tot veranderingen in observabelen: doorlooptijd --+--> voorraden (kortere doorlooptijden geeft minder voorraad) capaciteiten --+--> output (minder capaciteit geeft meer verkochte output (dwz: er is minder uitval, minder onnodige productie) taakverdeling -----> uitgaven (betere taakverdeling leidt tot lagere uitgaven) afspraken --+--> afleverbetrouwbaarheid (betere afspraken leidt tot hogere betrouwbaarheid) Met de weten wordt bedoeld dat de vier cycli overeenkomen met vier ervaringswetten uit de organisatieleer: de wet van Parkinson de wet van Murphy de wet van Hofstadter (in een aangepaste formulering) en het Peters' Principe |